Ralph Ashton, Terrestrial Carbon Group, verfrist en verrast – It’s Down 2 Earth (Dag 3)

De Grote Foodlogprijs voor de beste presentatie op It’s Down 2 Earth gaat naar Ralph Ashton, Chair van de Terrestrial Carbon Group. Ashtons verhaal verfrist en verrast. Qua analyse, maar vooral qua vorm. Zijn truc om zijn publiek te boeien: de hersenen aan het werk zetten, door interactie. Ashton vraagt heel simpel aan iedereen om een vinger op te steken: Wie denkt dat het lukt om de wereld te voeden in 2050, met het bestaande landbouwareaal? Wie denkt dat dat niet lukt? Wie weet het niet? Vingers graag.

Dat de meerderheid denkt dat het gaat lukken, en slechts een hele kleine minderheid nee of weet niet antwoordt, dat verbaast Ashton niet. Alhoewel hij in zijn vele persoonlijke contacten met deskundigen veel meer twijfels hoort, dan nu in de zaal. Hij hoort dus sociaal wenselijke antwoorden. Die twijfels zijn er omdat het vraagstuk gigantisch veel facetten heeft, en de wereldgemeenschap niet zo’n beste staat van dienst heeft als het gaat om het waarmaken van de eigen voornemens. De millenniumdoelstelling over het uitroeien van de honger is de meest recente sof.

Een vlieg, een paard, een kubus

In 2008 hield de FAO in Rome een expertmeeting over het Wereld Voedsel Vraagstuk. Alle top-experts waren er. Zij kregen twee vragen voorgelegd. Honger de wereld uit helpen: denkt u dat de landbouwtechnische, sociale, geopolitieke, bevolkingspolitieke en economische problemen opgelost kunnen worden? Ja, zei iedereen. Gaat het ook werkelijk gebeuren? Nee, zei bijna iedereen.
Ralph Ashton had nog een truc; pure nieuwsgierigheid opwekken. Hij liet een dia zien van een oude vrouw, een vlieg, een paard en de kubus van Rubik.

Kubus Rubrick

Interessant: googlend op Rubik’s kubus, kom ik een stuk tegen waarin een deskundoloog vertelt dat hij de suikerteelt verduurzamen net zo ingewikkeld vindt als de kubus van Rubik oplossen.Het zit er dik in dat de kubus ook een conferentie-cliché is geworden. Net als: als je doet wat je deed, dan krijg je wat je kreeg. Of: het is vijf voor twaalf, maar nog niet te laat. Deze is ook goed: we need to have a clear vision on how to mitigate the effects of climate change, on how to make agriculture resilient to temperature rises on a global level. Het is een fascinerend soort metataal dat de hele dag gebezigd wordt, hier in Den Haag.

Wereld focus nodig

Ashton doet er niet aan mee. Zijn verhaal bij de kubus van Rubik is dat de hele wereld erop gefocust moet zijn om die zes vlakken naar dezelfde kleur te draaien. Vaak concentreert een groep mensen zich op één vierkantje: alleen biologische landbouw kan de wereld redden, of: we moeten de leer van Malthus ter harte nemen, of: als boeren maar subsidie krijgen voor CO2-opslag dan komt het in orde, of: als de handelsverdragen nou maar eens eerlijk opgesteld zouden worden, of: de FAO moet meer macht krijgen. Soms lukt het om een van de zes vlakken egaal gekleurd te krijgen, maar dan zijn de ander vijf weer een rommeltje.

Volgens Ashton is het mogelijk om de hele kubus op orde te krijgen, na het eerlijk beantwoorden van een aantal moeilijke vragen. ‘De wereldgemeenschap kan eensgezind optrekken, navigerend op dezelfde poolster, en dezelfde wegenkaart gebruikend.’

Relativerend gelach

Ashton noemde een paar van de moeilijke vragen: Kunnen we gebruik van biofuels combineren met biodiversiteit? Kunnen we de wereld voeden en tegelijkertijd de bodem gebruiken om CO2 op te slaan? Kunnen we de strategische waarde van land loslaten en tegelijkertijd vasthouden aan noties van nationale soevereiniteit? Hoe krijgen we dat dan voor elkaar? Als we hier geen eerlijke antwoorden op geven, trappen we in de valkuil dat we de verkeerde problemen oplossen of zelfs grotere problemen creëren dan we al hadden.

De congreswereld telt maar weinig podiumkunstenaars. Een goede, ad rem gebrachte grap (Ashton die de kubus, na er even aan gedraaid te hebben, op zijn lessenaar zet, nog door elkaar, onder de woorden: ik ben hier nooit goed in geweest); en de zaal ontspant in een golf van relativerend gelach. De presentatie van Ashton lijkt heel eenvoudig, maar is het niet.
Wie wezenloos veel weet van een abstract, wereldomvattend onderwerp, en zo veel mogelijk van die kennis wil delen in vijf, tien minuten spreektijd, loopt snel het risico zijn gehoor ergens onderweg kwijt te raken. Deze week stond er niet zelden sufgekookte, daarna weer afgekoelde bloemkool op het menu. Een doodenkele keer zelfs geserveerd met een papje (falende projectoren of een niet instartend filmpje waarna je op het megascherm wél de onschuldige voorzitter, geprojecteerd ziet, hand voor de mond, denkend: wat nu?).

Acacia in Malawi

Dennis Garrity, director general world agroforestry centre, winnaar van de Tweede Foodlog Presentatieprijs, praat geen conferentietaal. En zijn verhaal over de Acacia in Malawi, waar kleine boeren tussen hun gewassen bemestingsbomen planten, een werkwijze die deel uitmaakt van een nationaal plan, maakt toehoorders, niet alleen mij, simpelweg echt blij. We zwemmen in een oceaan van doemberichten, en daar roeit een vriendelijke man langs en die schenkt koffie. Sommige zwemmers klimmen aan boord, pakken de kubus en beginnen te draaien, zich concentrerend op één vierkantje.

De automatische journalistieke reflex is: je afvragen of dit verhaal niet te mooi is om waar te zijn. Boeren planten bomen en de oogst verdriedubbeld. Altijd, of lukt het soms ook niet? En is er nog kunstmest nodig, of hoeft die helemaal niet meer gebruikt te worden? Zo ja, kunnen boeren in Malawi die kunstmest betalen? Of komen daar subsidies aan te pas? En worden die Acacia-bomen ook omgehakt? Immers: de mensen in Malawi koken op houtvuurtjes, of gebruiken ze daar andere bomen voor? Ik heb geen zin om antwoorden op die vragen te zoeken. Aangeboden koffie sla je niet af, en hoopgevende verhalen koester je.

Zaden van 8,5 miljoen

Ben Tax won de derde prijs, dinsdag. Hij is CEO bij Rijk Zwaan, een Nederlands zaadveredelingsbedrijf. Hij hield een klein, katoenen zakje omhoog. Niet echt indrukwekkend. De inhoud: tomatenzaden. ‘De waarde voor de telers is 75-duizend euro, want ieder zaadje kan twintig kilo tomaten opbrengen. Als de retail al die tomaten heeft verkocht, hebben de zaden 8,5 miljoen euro opgebracht. Het laat het belang zien van onze sector.’

Zijn toon werd fel toen het ging over de bescherming van kwekersrechten, de manier waarop zijn sector tot dusverre het intellectuele eigendom van zijn producten heeft beschermd. Het werkt zo: het intellectuele eigendom van een zaadsoort ligt bij het bedrijf dat het ontwikkeld heeft. Maar als iemand vanuit dat zaadje een nieuwe variant ontwikkelt, dan mag dat. Als er op zaad echter patent is afgegeven, dan is die doorontwikkeling echter verboden. Tax: ‘Die manier van patenteren is een enorme bedreiging voor onze sector, en het moet van de baan.’ Er wordt nu enorm gebakkeleid, op allerlei internationale niveaus, om de eigen belangen (en daar zijn miljarden mee gemoeid) veilig te stellen.

Rockefeller Foundation steekt geld in smart agriculture

De plenaire praatjes vormen natuurlijk slechts een klein deel van de totale ‘conferentie-productie’. Je hebt het vele netwerken, kennis uitwisselen tussen talloze individuen. Het zaken doen, deze keer aanstaande vrijdag, aan een ministerial round table, is uiteraard vele malen belangrijker. En dan is er de Rockefeller Foundation die de conferentie aangrijpt om het nieuws wereldkundig te maken dat ze drie projecten voor smart agriculture gaat financieren, voor een gezamenlijk bedrag van 1,5 miljoen dollar. En de wereldbank gaat woensdag een nieuw plan bekend maken. En wie weet, praten en lobbyen ze achter de schermen over kwekersrechten versus patentrechten voor zaden.

O ja, die vlieg, dat paard en die oude vrouw, op de dia van Ralph Ashton, -die stonden symbool voor een kinderrijmpje dat hij uit zijn hoofd kon opzeggen. Die vrouw had een vlieg ingeslikt, en om dat probleem op te lossen, slikte ze een spin in, die de vlieg zou moeten opeten. ‘In the end, she ate a horse. And she died. Of course.’ Ashton: waar het om gaat is dat het probleem in dit rijmpje aanvankelijk klein begon …

It’s Down 2 Earth is de internationale conferentie over landbouw, voedsel zekerheid en klimaat verandering onder het motto Our world hungers for action. Een hele week in november 2010 kwamen in het World Forum Theater uit de hele wereld duizenden politici, vertegenwoordigers van het bedrijfsleven en ngo’s, wetenschappers, ambtenaren, journalisten en milieuactivisten bij elkaar om het te hebben over de mogelijkheden  landbouw in te zetten in de strijd tegen de klimaatverandering. Op dit moment heet de landbouw voor dertig procent de veroorzaker te zijn van het verergerde broeikaseffect. Tegelijkertijd zullen de komende veertig jaar 2,2 miljard extra monden gevoed moeten worden. Hopelijk niet méér, want de schatting van 9 miljard mensen op aarde is afhankelijk van een betere welvaartsspreiding. Valt die tegen, dan zijn we in 2050 met nog véél meer .

Deze webblog, over mijn ontmoetingen, observaties, en nieuwe inzichten, opgedaan tijdens It’s Down 2 Earth, heb ik geschreven voor foodlog.nl .
Dit is deel drie. Deel
één, twee, vier en het slotdeel vindt u onder de doorclicks.